Ik stond naast haar en keek naar haar. Een mooie jonge Afrikaanse vrouw. Sheeba is haar naam en ze stond te huilen. Terwijl om ons heen ruim 200 kinderen en hun leerkrachten zich vermaakten met alle spullen die wij meegenomen hadden.
Ballonnen, plastic ringen, pionnen, strandballen noem maar op. Wat hadden ze een plezier. Er was geen verschil meer te zien in wie kind was en wie de leerkracht was. Iedereen deed even gek. Wat een plezier! Maar Sheeba stond te huilen.
Ik keek nog een keer goed. De tranen stroomden over haar wangen. Ik sloeg mijn arm om haar heen en vroeg of ik iets voor haar kon betekenen? Ze keek mij aan en dwars door haar tranen brak een dikke lach door: “nog meer”, vroeg ze? “Kijk nu eens wat jullie vandaag voor ons gedaan hebben. Zoveel plezier en zoveel moois. Dat Louise en jij hier willen komen om ons te zegenen. En dat we al die spullen nu mogen houden. Ik moet er gewoon van huilen…”
Eind april kwam ik terug uit Oeganda. Je zou inmiddels denken dat er niets meer te doen is daar. Maar niets is minder waar. Opnieuw koffers vol spullen om uit te delen en voorbereide studies om met anderen te delen. En bij Ivan en Sheeba mochten we een prachtig verhaal vertellen aan alle kinderen, ze persoonlijk zegenen met de liefde van God en ze even echt kind laten zijn. Hier in dit weeshuis, waar God centraal staat, maar ook veel armoede en gebrek is. Juist op die plaats mochten wij Zijn liefde laten zien. Niet alleen met onze mond, maar ook met mooi speelgoed voor het weeshuis.
Nou Esther, dat doe je goed! Dat gaat je zeker makkelijk af? Welnee, was het maar zo!
Elke keer weer een stukje geven van mijzelf en wat God aan mij gegeven heeft voor de mensen om mij heen. Maar altijd bij de voorbereidingen komt het weer voorbij: ‘Doe ik het wel goed? Moet ik niet meer doen?’ Of ik ga mijzelf vergelijken met anderen. Vooral met power-vrouwen! Wat zij allemaal wel niet doen en hoe mooi zij spreken etc. En moet je eens kijken hoeveel volgers zij hebben…
Ik had het er ook met God over. En Hij zei ineens tegen mij: “waar jij ook gaat, jij neemt altijd jezelf mee. Maar dat is genoeg voor Mij. Omdat Ik, in jou en door jou heen, heel veel mooie dingen kan doen”.
Het enige wat ik kan meenemen als ik ga, is mijzelf. En het beste wie ik kan zijn is mijzelf. En door mij heen, reikt God uit naar zoveel mensen, die Zijn Liefde, Warmte, Vreugde, Troost en nog veel meer.
Wat ik mag doen? Ik ga op reis en neem mee….mijzelf. Dat lijkt vaak zo weinig. Maar Hij die in mij is….
Een klein beetje van Esther en veel van God. Samen zijn we een goed team. Ik mag Zijn handen en voeten hier op aarde zijn.
En dat geldt niet alleen voor mij, maar ook voor jou! God en jij zijn een goed team. Er is maar één exemplaar van jou! Niemand anders kan doen wat jij doet, maar ook op de manier waarop jij God laat zien aan mensen. Jij bent uniek! Daar mogen veel mensen van genieten. Waar jij ook gaat en wat je ook doet.